Necrose | Afsterving of afgestorven weefsel na infectie door een schimmel of andere parasiet. Zie ook plantenziekten en plagen. |
Nectar | Een zoete vloeistof afgescheiden door klieren (honingklieren of nectariën). Deze worden gewoonlijk in bloemen aangetroffen. |
Nectarine, briool | Een gladschillige perzik, met als wetenschappelijke naam Prunus persica nucifera. Nectarine- en perzikbomen zijn meestal gevoelig voor de bladkrulziekte. Er bestaan ook enkele rassen die minder vatbaar zijn voor deze krulziekte. Net zoals de meeste steenfruitsoorten kunnen ze beter NIET in de winter gesnoeid worden. Meer informatie over het planten en snoeien van perzik, nectarine en ander steenfruit. Zie ook krulziekte op nectarine voorkomen |
Nederlandse naam | Naam voor planten (Niet de Latijnse naam). Zie overzicht fruitsoorten |
Nematicide, aaltjesdodend | Nematode- of aaltjes dodend middel. Een scheikundig product om aaltjes te doden. Ook Tagetes (Afrikaantjes) hebben een aaltjesdodende werking. Zie ook plantenziekten en plagen |
Nematoden | Aaltjes, microscopisch kleine wormpjes. Men heeft bladaaltjes en ook wortelaaltjes (bodemaaltjes). |
Nervatuur | Het geheel van de nerven of bladaders. |
Neutrale pH | Een aanduiding voor grond, die noch zuur, noch basisch is. In de scheikunde een pH van 7. Voor plantenteelt een pH tussen 6 en 6,5 (7). De meeste fruitsoorten kunnen gekweekt worden op grond met een neutrale pH. |
Nevelinstallatie | Een technische inrichting die water zeer fijn verdeelt (vernevelt). Vooral toegepast boven stekken. |
Nevenknoppen of bijknoppen. | Bij- of nevenknoppen staan naast de zijknop. |
Nevenwerking | Effect van een bestrijdingsmiddel of omzettingsproduct daarvan naast het bedoelde. |
NH3 | ammoniak, verbinding van waterstof (H) en stikstof (N). Dit vluchtig gas kan vrij komen bij meststoffen. |